De hieronder vermelde informatie berust niet op definitieve cao-bepalingen, maar zijn de belangrijkste uitkomsten van de onderhandelingen tussen partijen die deels nog aan de betrokken leden ter goedkeuring moeten worden voorgelegd.
Algemeen
De cao heeft een looptijd van 1 april 2019 tot en met 30 september 2021.
Lonen
De schaalbedragen en de feitelijk uitbetaalde salarissen worden verhoogd:
per 01-06-2020 | 3,40% |
per 01-06-2021 | 3,15% |
Eenmalige uitkering
In december 2019 wordt een eenmalige uitkering verstrekt aan alle op 1 december 2019 in dienst zijnde werknemers. De hoogte van deze uitkering bedraagt 1,25% van het bij de werkgever feitelijk verdiende salaris (art. 1:1 sub d van deze CAO) in 2019.
In december 2020 wordt een eenmalige uitkering verstrekt aan alle op 1 december 2020 in dienst zijnde werknemers. De hoogte van deze uitkering bedraagt 1,50% van het bij de werkgever feitelijk verdiende salaris (art. 1:1 sub d van deze CAO) in 2020.
In september 2021 wordt een eenmalige uitkering verstrekt aan alle op 1 september 2021 in dienst zijnde werknemers. De hoogte van deze uitkering bedraagt 1,50% van het bij de werkgever feitelijk verdiende salaris (art. 1:1 sub d van deze CAO) gedurende de maanden januari tot en met september 2021.
Loonschalen
Extra verhoging van de leerlingensalarissen per 1 januari 2020 (excl. algemene CAOloonstijging)
Januari 2019 | Januari 2020 | |
Eerste praktijkjaar | 1265 | 1340 |
tweede praktijkjaar | 1520 | 1582 |
derde praktijkjaar | 1770 | 1908 |
vierde praktijkjaar | 1875 | 1968 |
De instroom van zij-instromers bevorderen door een positieve afwijking van de leerlingensalarissen conform de huidige regeling voor herintreders in artikel 5:3 lid 4 van de CAO toe te staan waardoor beter aangesloten wordt bij de levensfase en ervaring van deze doelgroep.
Verhoging stagevergoeding naar 400 euro per 1 januari 2020.
Participatiebanen De arbeidsvoorwaarden van medewerkers met een arbeidsbeperking worden zoveel als mogelijk gelijkgesteld aan de arbeidsvoorwaarden van overige medewerkers. Om dit mogelijk te maken worden de uitzonderingsbepalingen ten aanzien van tijdelijke contracten, vakantiegeld en eindejaarsuitkering geschrapt. Daarnaast wordt opgenomen in de CAO dat de werkgever zoveel mogelijk zorg draagt voor het creëren van duurzame arbeidsplaatsen met aandacht voor begeleiding van de medewerker.
Vakantiebijslag en jaarlijkse uitkeringen
Per december 2019 wordt de eindejaarsuitkering structureel verhoogd met 1,28% naar 8,33% en bedraagt daarmee per december 2019 8,33% van het bij de werkgever feitelijk verdiende salaris (art. 1:1 sub d van deze CAO) in de periode van 1 januari tot en met 31 december van het betreffende kalenderjaar.
Arbeidstijdtoeslagen
De overwerkvergoeding van de parttimer wordt uitgebreid, waardoor er over de uren tot en met 36 het recht bestaat op opbouw van vakantie, vakantiegeld, PBL en eindejaarsuitkering per 1 januari 2020.
De werknemer van 57 jaar en ouder kan niet worden verplicht tot het verrichten van slaapdiensten.
Indien een deeltijdwerker over een referteperiode van een jaar gemiddeld meer dan 10% boven zijn contractueel overeengekomen arbeidsduur werkt, biedt de werkgever hem een contract aan waarin deze meer gewerkte uren zijn verdisconteerd.
Tegemoetkoming kosten
De werkgeversbijdrage ziektekostenregeling IZZ vervalt per 1 januari 2020 voor nieuwe IZZ-verzekerden. De werknemer die in 2019 conform artikel 9:8 een werkgeversbijdrage ontvangt van zijn werkgever in de premie voor het aanvullende pakket IZZ Zorg voor de Zorg, heeft tot en met 31 december 2021 recht op de werkgeversbijdrage van € 13,67 bruto per maand.
De werkgever vergoedt de kosten van de (her)registratie wanneer de werkgever van een werknemer verwacht dat hij ingeschreven staat in een kwaliteitsregister van een beroepsvereniging aangesloten bij een werknemersorganisatie die partij is bij deze CAO.
Er wordt een bepaling opgenomen dat in het scholingsplan ruimte wordt gereserveerd voor vergoeding van scholingskosten die betrekking hebben op alle registraties die worden vergoed.
Arbeidsduur
Het lid van een werknemersorganisatie, partij bij deze CAO, dat door deze werknemersorganisatie als kaderlid is aangewezen en als zodanig aan de werkgever bekend is gemaakt, wordt door de werkgever in de gelegenheid gesteld deel te nemen aan vergaderingen van statutaire of reglementaire organen van werknemersorganisaties tot een totaal van 264 uur per jaar, indien deelneming aan deze activiteiten geschiedt op uren waarop hij volgens arbeidsovereenkomst inzetbaar is.
Bron: Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) 18-09-2019